Hoe berekenen we de eindscores?

Na het slotevent tellen we alle stemmen en bepalen we welke projecten doorgaan naar de uitvoering. We kijken naar de fysieke stemmen (stemmen tijdens het slotevent) en de digitale stemmen (stemmen via de website). Op deze pagina lees je hoe we de eindscores voor projecten berekenen. 

3 stappen

We berekenen de eindscore per project in 3 stappen.

  1. We bekijken per project:
    • hoeveel procent van alle fysieke stemmen het heeft gekregen
    • hoeveel procent van alle digitale stemmen het heeft gekregen.
  2. We laten de score voor de fysieke stemmen voor 60 procent meetellen. De score voor de digitale stemmen laten we voor 40 procent meetellen. Dit noemen we ‘wegen’. Fysieke stemmen tellen zwaarder mee omdat we ontmoeting belangrijk vinden.
  3. We tellen de 2 ‘gewogen’ scores bij elkaar op. Zo krijgen we een eerlijke eindscore waarin de fysieke stemmen zwaarder meetellen.

Rekenvoorbeeld

In dit rekenvoorbeeld nemen we 2 voorbeeldprojecten.  

  • Project A krijgt 800 fysieke stemmen en 1.000 digitale stemmen. Dat zijn in totaal 1.800 stemmen. 
  • Project B krijgt 200 fysieke stemmen en 4.000 digitale stemmen. Dat zijn in totaal 4.200 stemmen. 
Staafdiagram met digitale en fysieke stemmen voor project A en B
 Fysieke stemmenDigitale stemmenTotaal
Project A8001.0001.800
Project B2004.0004.200
Totaal voor alle projecten1.0005.0006.000

Project B heeft in totaal veel meer stemmen dan A. Het lijkt daardoor alsof project B gaat winnen. Maar we moeten de eindscores nog berekenen. Daarin tellen de fysieke stemmen zwaarder mee dan de digitale. Hieronder zie je de berekening in stappen.

  1. We berekenen per project hoeveel procent van alle fysieke en alle digitale stemmen het heeft gekregen.
    • Project A heeft 80 procent van alle fysieke stemmen gekregen (800 / 1.000 x 100 = 80%) en 20 procent van alle digitale stemmen (1.000 / 5.000 x 100 = 20%).
    • Project B heeft 20 procent van alle fysieke stemmen gekregen (200 / 1.000 x 100 = 20%) en 80 procent van alle digitale stemmen (4.000 / 5.000 x 100 = 80%).
  2. De score voor de fysieke stemmen telt voor 60 procent mee; de score voor de digitale stemmen telt voor 40 procent mee. Dit geeft de volgende ‘gewogen’ scores.
    • Project A krijgt 48 punten voor de fysieke stemmen (60 procent van 80, of 0,6 x 80 = 48) en 8 punten voor de digitale stemmen (40 procent van 20, of 0,4 x 20 = 8).
    • Project B krijgt 12 punten voor de fysieke stemmen (60 procent van 20, of 0,6 x 20 = 12) en 32 punten voor de digitale stemmen (40 procent van 80, of 0,4 x 80 = 32).
  3. We tellen de 2 ‘gewogen’ scores bij elkaar op per project.
    • Project A krijgt een eindscore van 56 (48 + 8 = 56).
    • Project B krijgt een eindscore van 45 (12 + 32 = 44).

In dit voorbeeld wint project A dus, omdat het een hogere eindscore heeft.

Meer informatie

Heb je nog vragen over hoe we de eindscores berekenen? Neem contact op met Team Burgerbegroting.